Geluid

Review: Davone Mojo

De vormgeving van deze sympathieke dreumes – hij is amper 30 centimeter hoog – zou je kunnen omschrijven als een lampenkap met een tol er bovenop. Dat klinkt weinig aantrekkelijk, maar dat is buiten de designers van Davone gerekend. Want vergis je niet, de Mojo is een prachtige luidspreker.

Het ‘lampenkapgedeelte’ is de eigenlijke luidsprekerkast, die omwikkeld is met een zwarte of witte akoestisch transparante stof. De ‘tol’ die er boven zweeft is een zogenaamde akoestische lens. Als je een tweeter richt naar de punt van die lens, dan zal het geluid via de lens in een hoek van 360 graden afgestraald worden in de kamer. Een techniek die onder andere ook door B&O en Mirage gebruikt wordt.
 


In de ‘lampenkap’ zitten twee luidsprekerdrivers verborgen: een woofer en een tweeter. De overgangsfrequentie tussen de twee bevindt zich op 200 Hz. De woofer is een naar beneden gericht exemplaar, dat zich enkele centimeters boven de ondergrond – dat zal in
de meeste gevallen een meubel zijn – bevindt. Dankzij deze constructie profiteert de laagweergave van het ‘boundary gain’-effect, een bijzonder effectief akoestisch trucje om de power van het laag op te krikken.

De tweeter bevindt zich aan de tegenovergestelde kant van de kast. En hij is naar boven gericht. Anders zou het hele verhaal van de akoestische lens weinig zin hebben, natuurlijk. Wat je verder nog over die lens moet weten, is dat je ze kan bestellen in drie uitvoeringen: walnoot, kersen en esdoorn. En ja, je kan de lens desgewenst ook naderhand verwisselen voor een andere uitvoering.

,

Zullen we eerst even stevig zondigen tegen de regel dat over kleuren en smaken niet te twisten valt? Vooruit dan: in het zwart zijn de Mojo’s véél mooier dan in het wit. Zo, dat hebben we ook weer gehad.

Los daarvan zijn de Davones heel netjes afgewerkt. Het geheel steunt op drie zwarte, rubberen topjes van een centimeter of twee hoog. Dat is nodig voor de werking van de woofer, zoals we eerder al vertelden.

Ook de basreflexopening en de aansluitingen bevinden zich aan de onderzijde. Netjes uit het zicht dus.
 


,

Voor we de Mojo’s aan het werk zetten, hebben we het idee dat de laagweergave niet bepaald overdonderend zal zijn. Het kastvolume is immers amper een lampenkap groot en de diameter van de woofer is ook niet echt spectaculair. Anderzijds is het ook niet denkbeeldig dat het boundary gain-effect zodanig veel opbrengt, dat onze bashonger alsnog gestild raakt.

We stellen de Mojo’s op in een set met een Sonos ZP-90 als bron, een Marantz AV7005 processor en een MM7025 eindversterker van hetzelfde merk. Een Velodyne subwoofer staat argwanend in stand-by. Voor het geval dat. 

De eerste track die we draaien – ‘I Remember’ van Deadmau5 – maakt meteen al drie zaken duidelijk. Ten eerste hebben de Mojo’s géén subwoofer nodig, en dat is op z’n zachtst gezegd een verrassende vaststelling. Ten tweede eten ze aardig wat versterkervermogen eer ze beginnen te ‘zingen’, en ten derde blijkt dat ze net als hun grote broer – de Ray – lekker chill klinken. 

Maar laat je door dat ontspannen karakter niet van de wijs brengen: de Mojo’s laten véél details horen. En met de spreiding – denk aan die akoestische lenzen – zit het ook wel snor.

Warm aanbevolen dus, deze Davones. Maar wel graag combineren met een potige versterker, als het even kan.

Gerelateerde artikelen

Reacties zijn gesloten.